17 februari 2009

Politiek of spel

Het debat over de warenhuisaffaire houdt de gemoederen in de Leidse politiek nog steeds bezig. Vandaag weer een column van Jaap Visser in het Leidsch Dagblad. Deze column van Visser is een voorbeeld van de wijze waarop je een onhandig optreden van een wethouder dusdanig uitvergroot dat het voor de lezer erop gaat lijken dat de wethouder moedwillig en bewust de boel aan het belazeren is. Nu weet ik dat een columnist bijna ongestraft alles mag schrijven en dat een politicus van dezelfde kleur als de wethouder zijn mond moet houden. Immers elke verdediging ten faveure van Steegh zal toch wel weer worden uitgelegd als zijnde uitspraken van de trouwste soldaat. Maar ik pas ervoor om voortdurend vanwege deze mogelijke beschuldiging te duiken. Want ik werd deze week toch wel onaangenaam verrast toen een niet bij name te noemen vooraanstaand raadslid van de oppositie tegen mij in de wandelgangen zei dat het allemaal "spel" was en dat je daar als wethouder maar tegen moest kunnen. Anders ben je niet geschikt voor dit vak. Ik had mezelf al eerder bedacht dat het toch vreemd was dat het vorige week de eerste raadsvergadering was dat er niet verwezen werd naar het rapport van de commissie "overschrijding grote projecten". En dat terwijl het raadsdebat toch wel tegen de analyse van de cultuur van de Leidse politiek in dat rapport aangehouden had kunnen worden. Was in deze kwestie het spel nu het belangrijkst of ging het echt om de vraag of de wethouder de gemeenteraad moedwillig en bewust misleid had? Waren de collegepartijen nu echt de lakeien van een liegende en bedriegende Steegh of had de wethouder gewoon een goed en geloofwaardig verhaal? Ik vind dat laatste en ik hoop dat ik dat ook overeind gehouden zou hebben als ik in de oppositie gezeten zou hebben. Anders ben je als raadslid geen knip voor de neus waard.